zaterdag 27 maart 2010

Er kan weer gefietst

Er kan weer gefietst. Het was een graad of 12 vandaag, dus met een regenjekje over mijn sweatshirt (heet dat een hoodie? Moet ik eens aan mijn zoon vragen) was het goed uit te houden.

Ik ben een fan van het fietsknooppuntennetwerk, want dan kun je zonder kaart op stap (behalve als je verdwaalt) en hoef je alleen maar het nummertje van het volgende knooppunt te onthouden en de bordjes te volgen.

Om het helemaal makkelijk te maken heeft Falk zo maar gratis en voor niks een planner op het Net gezet. Je kunt dan inzoomen op een kaart die alle knooppunten en de weggetjes ertussen laat zien en als je op een knooppunt klikt komt het in een lijstje, dat je als je er een mooie route van hebt gemaakt kunt uitprinten.

Ik had dus een routetje van een km of 35 bedacht, want je moet rustig beginnen, door Rivierenland. Omdat ik een handige fietsendrager heb gescoord op Marktplaats (er werd er één aangeboden van het merk en type dat ik wilde hebben en ik was de enige die hem wilde hebben - leve het marktmechanisme!) is mijn actieradius onbeperkt als ik bereid ben eerst met de fiets achterop auto naar het beginpunt te rijden. Wel spannend, voor het eerst met zo'n fietsenrek aan je achterklep de snelweg op. Als het loslaat vermoord je de mensen die achter je rijden en is je fiets ook nog eens verwoest. Maar dat valt reuze mee. De mensen kunnen alleen je nummerbord niet zien, maar dat willen ze ook niet. Op de terugweg reden er twee pliesies achter me en die vonden het prima.

En zo kwam ik bij fietsknooppunt 17 in Amerongen, een van mijn favoriete dorpjes hier in de buurt. Vandaar moest ik naar 24 en dat werd prompt niet aangegeven. Wat blijkt nou: Nummertje 24 ligt aan de overkant van de rivier en dat is een andere provincie en de ene provincie gaat natuurlijk niet het toerisme in de andere provincie bevorderen. Hoog tijd dat die dingen worden opgeheven, wat een bekrompen gedoe. Even nakijken op welke partij ik daarvoor moet stemmen. Gelukkig krijg je van Falk als je je route print er ook een kaartje bij, dus ik kon mijn reis voortzetten. Per pont nog wel. Aan de overkant van het veer staat een fantastisch veerhuis dat ik wil hebben. Dat gevoel heb ik onderweg nog wel een keer of dertig gehad, maar het veerhuis is echt mooi.

Al fietsend is dat een van mijn favoriete bezigheden: huizen kijken en me afvragen of ik er zou willen wonen en of ik het zou kunnen betalen. Het leuke van langs een rivier fietsen is dat je veel oude huizen ziet, want zo'n rivier ligt er al een hele tijd en trekt al eeuwen handel en nijverheid en dus bebouwing aan, net als een snelweg nu. En ik vind alle gebouwen van voor 1900 mooi. Er stond trouwens weinig monumentaals aan de Gelderse kant. Aan de Utrechtse kant, langs de gelijknamige Heuvelrug zag je af en toe een landhuis tegen een helling of een serieuze kerk (zie plaatje).

Intussen vroeg ik me ook af welke rivier ik eigenlijk was overgestoken toen ik over de Rijnbandijk fietste, volgens het straatnaambordje. Misschien niet zo slim.

Op een gegeven moment zag ik ook een ooievaarsnest waar een enorme vogel met drie kleintjes in de weer was. Je zou zeggen dat het dan een ooievaar zou moeten zijn, maar daar heb ik geen verstand van. Voor mij zijn alle vogels van een afstand zwart.

Omdat Nederland doorgaans westenwind heeft schoot ik nogal op. Een km of 25 per uur, wat met mijn conditie en wind mee wel het maximum is. Dat werd een stuk minder toen ik terug moest, westwaarts. Het begon weer met een oversteek per pont (veer), bij een fraai veerhuis, maar daar zat een partycentrum aan vast, dus dat hoef ik niet. Het schilderwerk op de bovenverdieping zag er ook niet best uit, trouwens. Kennelijk wordt daar niet gepartyd en dan hoeft het er niet netjes uit te zien.

Een van de veerlieden had zijn Kreidler Florett op de pont geparkeerd. Daar was ik erg van onder de indruk. Het apparaat was uit 1964 en zag er puntgaaf uit.

Overigens vind ik rivieren rare dingen. Zo maar tussen twee oevers een plens water van 6 meter diep, waar een ijzeren boot gewoon op blijft drijven. Hoe komt dat allemaal zo bij elkaar en waarom uitgerekend daar en niet ergens anders? Ik snap het niet zo goed, maar het houdt me wel bezig. Als ik er overheen vaar.

Aan de overkant van de rivier had en heb je de Blauwe Kamer, een natuurgebiedachtig iets, waar het stierf van de paarden. Zal wel een ekologische bedoeling hebben. Ik heb daar een bordje gemist en moest daardoor de Grebbeberg op, een helling van 7%. Maar dat vond ik helemaal niet erg. Niks leuker dan een hellinkje trekken op de fiets en hellinkjes zijn schaars in ons koninkrijk. Bovendien is de Rijksstraatweg van Arnhem naar Utrecht een stokoude weg die tussen Rhenen en De Bilt is volgebouwd met landhuizen. Dat stuk heet de Stichtse Lustwarande. Prachtig.

Een stuk leuker dan het bos waar ik vervolgens in werd gestuurd, ook al had de ik route zelf bedacht. Bossen zijn leuk voor eekhoorns en moutainbikers, maar ik verveel me er tussen al die bomen. Het gaat ook tegen de evolutie in om je daar prettig te voelen, want je kunt roofdieren niet van een afstand aan zien komen. Dit zegt denk ik wel iets over mountainbikers. Ik vermoed dat dit een soort is die het niet gaat redden in de survival of the fittest. Als ze nou nog in schutkleuren door dat bos fietsten, maar ze dragen de meest idiote kleuren.

En toen was ik weer in Amerongen. Wat een mooi dorp. 33,36 km gefietst met een gemiddelde snelheid van 20,4 km.

Op de terugweg lekker over de Stichtse Lustwarande gereden. Amerongen, Doorn, Driebergen, Zeist, het ene landhuis na het andere, en heel aardige villa's als opvulling.

Te dik

Ik dacht dat die Simon Schama wel aardig kon schrijven, want Overvloed en Onbehagen heb ik destijds (het kwam uit in 1988) gefascineerd gelezen, al kan ik me er geen twee zinnen meer uit herinneren. Ik was dus blij dat hij over de Nederlandse revolutie had geschreven (die van 1787) in Patriotten en Bevrijders, want die interesseert me wel.

Terwijl Engeland als een soort China aan het opkomen was in de 18e eeuw, was Nederland helemaal uitgebloeid. Wat je dan ziet is dat de elite zich steeds harder vastbijt in zijn privileges en de rest van de samenleving feller buitensluit. Als er minder te verdelen valt kun je immers alleen rijk blijven door de poet met zo min mogelijk mensen te delen. En risico nemen doe je ook niet meer, dus ga je beleggen in plaats van ondernemen. Zien we daar wat parallellen met de Nederlandse samenleving anno nu of is het nog niet zover?

Ik vind het een mooi idee dat een groot deel van Nederland zich verzette tegen die oligarchieën die steeds verder verstarden en dat we in Nederland ook eens een progressieve revolutie hebben gehad, want dat was de Tachtigjarige oorlog niet en dat is met de Bataafse revolutie het enige wat we in Nederland aan revolutie hebben meegemaakt, op een kleine vergissing van Troelstra c.s. in 1918 na en misschien ook 1966, maar dat vind ik weer te veel eer voor die babyboomers. En een progressieve revolutie heeft wel wat. Vooral als het geen burgeroorlog wordt, zoals in Frankrijk. Bloedvergieten is niet gezellig en lastig terug te draaien.

Ook lees ik graag over incompetentje Oranjes, en daar was stadhouder Willem V een goed voorbeeld van. Het geleur van zijn zoon was trouwens ook niet erg indrukwekkend. In "De Troon" kun je zien dat hij nog bij Napoleon, die toen toch de vijand was, op visite is geweest om compensatie te vragen voor het verlies van de Nederlanden en dat had ik op school niet geleerd. Wat ik daar wel heb geleerd is dat het herstel van de Oranjedynastie in 1813 iets moois was en daar ben ik het achteraf natuurlijk niet mee eens. Ik las in de Wikipedia een tussenzinnetje dat suggereerde dat de terugkeer van Willem een opzetje van de Engelse geheime dienst was om te zorgen dat er een monarchie in Nederland kwam (en in België) die Frankrijk aan de noordkant een beetje in bedwang zou houden. Op school krijg je het idee dat het een autochtoon Nederlands idee was om eens een monarchie te beginnen, alsof er geen buitenland bestond.

Nou, ik had daar graag meer over gelezen, maar het was teveel van het goeie, die baksteen van Schama van 750 pagina's (exclusief voetnoten). En wat voor pagina's: nauwelijks marge en een bijzonder leesbrilonvriendelijke corpsgrootte. En ik heb niet eens een leesbril! Als je het in bed leest zijn je armen na twee pagina's verzuurd. En het is te gedetailleerd opgeschreven om te boeien.

Het had zo mooi kunnen zijn.

Toen heb ik Door een Hollandse Winter maar gelezen, van Caroline Hanken. Ook leuk en in twee rukken uit.

zaterdag 6 maart 2010

Freud op zaterdagmorgen


Bij de zaterdagochtendse surftocht - ik was eigenlijk op zoek naar de openingstijden van het postkantoor - kwam ik die ouwe Lucian Freud weer eens tegen.

Wat kannie toch mooi schilderen en wat ik ben ik toch een sukkel dat ik zijn expositie in het Gemeentemuseum voorbij ben gelopen. Ik kom hier binnenkort toch weer, dacht ik, en ik had al een Picassotentoonstelling achter de kiezen. Dom geprogrammeerd trouwens, die twee tegelijk, maar laat ik niet iemand anders de schuld geven.

Ik ben gelijk wild gaan surfen naar zijn doekjes. Gewoon "lucian freud" intikken in Google en dan naar de Beeldresultaten. Nadeel is alleen dat je ze dan op postzegelformaat ziet. Gelukkig had Bol.com nog een tweedehands boek van Taschen met plaatjes van hem. En een impulsaankoop is snel gedaan op het Net.

Geen idee wat er zo mooi aan is allemaal trouwens. Hij schildert portretten, meestal bloot (alleen the Queen deed natuurlijk weer niet leuk mee en is in een blauwe robe met bijpassende kroon - you can leave your hat on - opgepenseeld), wat zijn uitwerking doorgaans niet mist op deze middelbare man - ik hoop maar dat het plaatje hierboven mag van de zedenmeesters van de Volkskrant - en het straalt iets uit. Ik weet niet precies wat, maar zijn doeken worden verkocht voor milljoenen, dus ik ben niet de enige die de straling oppikt.

Of ik mijn laatste 33 miljoen zou uitgeven aan een schilderij van een mevrouw die naar de Weight Watchers (het begint allemaal wel erg politiek incorrect te worden hier) moet is weer wat anders. Maar een investment banker die een beetje leuk uit de bonusronde is gekomen drinkt er geen Chateau Pétrusje minder om. Misschien zijn die bonussen toch nog ergens goed voor!

De stijl van Freud is trouwens rauwer geworden dan op het plaatje hierboven en dat vind ik mooier. Kan ook komen omdat deze grijsaard te eigenwijs is om zijn bril op te zetten en daardoor niet meer binnen de lijntjes kan schilderen. Maar ja, was Van Goghs unieke kleurgebruik ook niet aan staar te wijten (Nee trouwens, maar Monets wel)?

Anyways, mooi begin van de zaterdag. Nu boodschappen doen, bah.