zaterdag 24 november 2012

De grote stagnatie

Gisteren in mijn krant iets over Tyler Cowen gelezen, een Amerikaanse econoom. Hij vindt dat er helemaal niet zoveel geïnnoveerd wordt in de wereld. We leven nog net zo als in de jaren vijftig (in Amerika): auto's, koelkasten, televisie, wat is er eigenlijk bijgekomen? Ja, de computer, maar bijvoorbeeld niet teleportatie of de rugzakraket.

Erg geestig is het volgende citaat: "Maar het feit dat het bedrijfsleven de mond zo vol heeft van innovatie, is een zorgwekkend signaal. Het is als de vrijgezel die ons onophoudelijk meedeelt dat hoe hij een vrouw gaat zoeken om mee te trouwen - je voelt aan je water dat hij wel eens als een oude vrijer kan eindigen."

Mijn oma (1899-1992) heeft de auto, de snelweg, de televisie en nog zo wat zien komen, en elektriciteit. Ik alleen de computer en het mobieltje.

Cowen is ook niet zo onder de indruk van het Internet omdat het geen grote welvaartsstijging heeft veroorzaakt. Zuckerberg is wel erg rijk geworden (met amateursoftware), maar sinds de jaren zeventig stijgen de reële lonen niet meer zo sterk en dat deden ze tussen 1945 en 1975 wel.

Wat moet je nou met zo'n verhaal? Ik vind de gedachte wel aardig, maar wat betekent hij nou? Moet ik mijn kinderen naar een beta-studie jagen (de oudste heeft geen ruimtelijk inzicht en de jongste is geobsedeerd door koken)? Moet ik lid worden van een partij die inkomens rücksichtlos wil herverdelen, omdat ze toch niet meer toenemen en het niet eerlijk is dat de een wel een baan heeft en de ander niet?

Daar ben ik nog niet uit.

Geen opmerkingen: